Large selection of products and fast shipping!
Ga naar verlanglijst Verlanglijst

Winkelwagen

Je winkelwagen is momenteel leeg

Welke methode past bij mij?

Als je twijfelt aan beloftes van Impuls, kan je het lesmateriaal uitproberen door middel van het starterspakket (bijvoorbeeld in een pilot). Op die manier kom je goed beslagen ten ijs en weet je waartegen je ‘ja’ of ‘nee’ zegt.

De 10 onderscheidende punten van Zo moeilijk is het niet…

1. Transfer. De transfer naar de vakles is ingebed in het lesmateriaal. Daardoor ervaren de leerlingen de kracht van de studievaardigheden, en weten ze waar ze het voor doen. Deze essentiële factor zie je in geen enkele methode terug.

2. Modules. Impuls werkt met modules (ipv hoofdstukken). Daardoor worden mentoren gestimuleerd een onderwerp in te zetten als het urgent is voor de leerlingen. Elke module (lees elke vaardigheid bestaat uit twee lessen).

3. Road Maps. Elke module start met een roadmap: een kapstok voor de leerling, en een houvast voor de mentor, ouders en huiswerkinstituten.

4. Stappen. Alle stappen van de roadmap zijn ingebed in elke les, zodat je de studievaardigheid direct de week erna kan toepassen bij een toets of presentatie. Daardoor leren de leerlingen stap voor stap hoe ze de vaardigheid toe kunnen passen in de praktijk, tijdens hun schooltijd en daarna.

5. Zo Leer Ik. Gedurende de lessen komen ze op verschillende momenten tips tegen; in het boekje, bij Terugkijken (Zie Terugkijken) en bij de video. Die kunnen ze achter in het boek bij Zo Leer Ik opschrijven en gebruiken bij het voorbereiden van de volgende toetsen. Zo leren ze hun eigen manier van leren ook stap voor stap te verbeteren.

6. Toets/presentatie. (Bijna) elke module bij studievaardigheden begint met de vraag: wanneer heb je een toets of presentatie? Die ga je dan in de volgende lessen (aan)leren en toepassen in de vakles.

7. Challenge. Elke les eindigt met de ‘mash up’ en de Challenge: wat de leerlingen die les hebben geleerd, gaan ze de komende week toepassen in de vakles.

8. Terugkijken. De volgende les bespreek je je aanpak met de rest van de klas. Daarbij is de hamvraag: heeft het nut gehad? En: hoe kan het beter? Zo ervaren de leerlingen wat het nut is van het gebruik van de studievaardigheden en worden ze steeds beter.

9. (Kern)studievaardigheden. We kennen 4 kernstudievaardigheden: plannen, tekstbegrip, reflecteren en presenteren. Dat zijn studievaardigheden die van de brugklas tot het eindexamen (en daarna) handig zijn.

10. Ouders. De ouders vormen een van de drie hoeken van de pedagogische driehoek. Daarom bieden we ook voor ouders lesmateriaal om hun kinderen te helpen, bijvoorbeeld de Road Map (Hoe help ik mijn kind bij het huiswerk maken?), de Road Maps van de leerlingen en filmpjes bij zaken die ouders interesseren.

 

Samengevat: 

De methode biedt de leerling (en de mentor) structuur en motivatie. De opbouw van het lesmateriaal zorgt er voor dat leerling de transfer maakt van theorie naar praktijk (van aanleren in de mentorles naar toepassen in de vaklessen (toets, presentatie, project, e.d.) en daardoor ervaren ze hoe ze leren, waarvoor ze leren (wat het

Door het gebruiken van onze website, ga je akkoord met het gebruik van cookies om onze website te verbeteren. Dit bericht verbergen Meer over cookies »